Little Pumpkin

Anita van de Beek
06-34187496

Suzanne van de Beek
06-41944744

Telefoon Vast
020-7719706

E-mail
info@little-pumpkin.nl

Website
www.little-pumpkin.nl

Adres
Robert Kochplantsoen 42
1097 GK  AMSTERDAM
Oost-Watergraafsmeer





Visie

Veiligheid & Welbevinden

Veiligheid staat bij ons voorop. Om een warme en veilige basis te creëren, voldoet ons pand aan alle veiligheidseisen. De groep heeft een vaste samenstelling wat de veiligheid en de mogelijkheid om vertrouwd te raken met groepsgenoten vergroot. In een vertrouwde groep kunnen kinderen gevoelens van verbondenheid en sociale verantwoordelijkheid ontwikkelen.

Door een constante groepssamenstelling met zoveel mogelijk dezelfde leidsters en kinderen, creëer je veiligheid. Met vaste gezichten op de groep, bouw je een vertrouwensrelatie op (hechting). Deze relatie biedt het kind veiligheid, geborgenheid en voldoening. Hechting speelt een zeer belangrijke rol in de ontwikkeling van een kind en is essentieel voor een goede emotionele en sociale ontwikkeling. Het helpt een kind om een eigen persoonlijkheid en zelfvertrouwen te ontwikkelen.

Dit zelfvertrouwen zal leiden tot een verlangen om te zoeken naar nieuwe uitdagingen en naar een grotere zelfstandigheid. Zelfvertrouwen en zelfstandigheid groeien door te oefenen en zelf-doen. Door eventueel te falen, terug te kunnen vallen op iemand die je begrijpt en de kans krijgen het opnieuw te proberen.

Bij Little Pumpkin wordt er veel aandacht besteed aan het documenteren van de ontwikkelingen en gebeurtenissen van de kinderen. Dit doen wij door dagelijks foto’s te maken van de kinderen tijdens activiteiten en deze op ooghoogte van de kinderen op te hangen. Zo kunnen de kinderen naar zichzelf kijken en herkennen. Wij maken dagelijkse rapportages en van elk kind wordt er een “boek van herinneringen” (verzameling van kunstwerkjes, foto's en mijlpalen, vastgelegd in een boek) gemaakt.

Door het maken van foto’s, door de rapportages, het verzamelen van de werkjes en het “boek van herinneringen” kortom pedagogisch documenteren, maken wij het kijken en luisteren zichtbaar.

Steunen en stimuleren van spelen en leren


De groep benadert een huiselijke gezinssituatie waarin de kinderen zich op een natuurlijke manier aan elkaar kunnen optrekken, elkaar stimuleren en uitdagen tot spel. Elk kind kan zich in zijn eigen tempo ontwikkelen.

De kinderen worden uitgedaagd tot verkenning en onderzoek. Er wordt veel gedaan aan muzische activiteiten (= lichamelijk expressie, muzikale vorming en beeldende vorming).

Leidsters observeren en documenteren wat kinderen zeggen en doen. Zij kijken en luisteren intensief naar de kinderen en bieden hen situaties, materialen en technieken aan waardoor kinderen zich op vele manieren kunnen uiten. Het is aan ons om hen de ruimte te bieden waardoor hun creativiteit tot uiting kan komen. Deze manier van werken heeft de consequentie dat wij als leidsters ons veel  meer afzijdig maken maar zoveel mogelijk een begeleidende rol hebben.

De Leidsters hebben oog voor de eigenheid van elk kind. Er is respect voor de diversiteit. Diversiteit in talenten, karakter, voorkeuren, ontwikkelingsniveau en culturele achtergronden.

Pedagogische doelen en competenties

Om de emotionele vaardigheden zo goed mogelijk te kunnen ontwikkelen is de voorwaarden dat de  emotionele veiligheid optimaal is.

Wij vinden het belangrijk dat kinderen en daarmee hun emoties, hun angsten en hun kleine verdrietjes, serieus worden genomen. Een kind moet zich begrepen voelen.

Om de kinderen te leren wat emoties zijn, beelden wij door middel van muzische- activiteiten de verschillende emoties met de kinderen uit. Denk hierbij aan: zang, dans, poppenspel, beeldende vorming en verhaaltjes. Uit onderzoek is gebleken dat de combinatie hiervan goed kan zijn voor de sociaal- emotionele ontwikkeling.

Kinderen komen ter wereld met een aangeboren drang om de wereld te verkennen en te begrijpen (exploratiedrang). De cognitieve- of verstandelijke ontwikkeling start daarom direct bij de geboorte van het kind en is niet los te zien van de andere ontwikkelingsgebieden, zoals de lichamelijke- , motorische- en sociale- emotionele ontwikkeling. Door de toename van de motorische en sociale vaardigheden (bijvoorbeeld kruipen en het kunnen spelen met andere kinderen), zijn kinderen in staat hun wereld letterlijk en figuurlijk te vergoten. Hierdoor leren zij problemen op te lossen, na te denken, te redeneren en slaan dus spelenderwijs nieuwe informatie op. Ook spelen de zintuigen (horen, zien, ruiken, voelen) en de sociale omgeving van het kind een belangrijke rol binnen de cognitieve ontwikkeling.

Spelenderwijs wordt er bij Little Pumpkin dagelijks gewerkt aan de cognitieve  ontwikkeling. Voorbeeld: voordat het fruit wordt geschild aan tafel, wordt het fruit bekeken en stellen de leidsters vragen over het fruit; “is de banaan rond, is de appel hard, kan de banaan ook rollen, proeft de kiwi zuur of ruik eens aan de aardbei”.

Er worden gedurende de dag kinderliedjes gezongen op het kinderdagverblijf. De leidsters  herhalen dezelfde liedjes met de kinderen. Soms komt er een nieuw liedje bij om het zingen interessant te houden. Door de liedjes voortdurend te zingen en te herhalen, onthouden de kinderen de woorden en de melodie.

Voorlezen doen wij dagelijks. We creëren ten minste twee lees momenten op een dag. Het liefst voor het ontbijt en voor het slapen gaan. De leidsters maken van het voorlezen een interactieve bezigheid.

In de Malaguzzi benadering staat centraal dat alles uit de kinderen zelf komt. Zij zijn sociaal sterk en bezitten een groot aantal talenten en capaciteiten. Jonge kinderen kunnen dan nog wel niet zo goed praten maar kunnen wel op vele andere manieren met elkaar communiceren (“de honderd talen van het kind”): ze kunnen tekenen, brabbelen, verven, kleien, gebaren, huilen etc.  Kinderen leren van elkaar en zijn hun eigen pedagoog.

We stimuleren de kinderen zelf situaties op  te lossen. We leren de kinderen niet te slaan maar te aaien, te benoemen dat je ziet of ze iets wel of niet fijn vinden, helpen onder woorden te brengen wat ze willen of bedoelen etc.

Bij het onderzoeken van de wereld moeten kinderen dingen kunnen voelen, pakken, ruiken en proeven. Kinderen zijn nieuwsgierig en willen tijdens deze zoektocht dingen betasten en verplaatsen.  Het spreekt voor zich dat voor al deze handelingen motorische vaardigheden noodzakelijk zijn, maar ook de ontwikkeling van spraak en het uiten van emoties vraagt om motorische vaardigheden.  De motorische ontwikkeling is dan ook nauw verbonden met de andere ontwikkelingsgebieden.

De baby’s zijn zintuiglijk ingesteld (kijken, horen, ruiken, proeven, voelen). Een voorbeeld hoe wij proeven en ruiken stimuleren: we gaan regelmatig naar buiten, ook als het geregend heeft. Ze “proeven” en ruiken dan de  natte buitenlucht.

Bij de ontwikkeling van het kijken oefenen wij spelletjes als kiekeboe of verstoppertje en samen in de spiegel kijken en de lichaamsdelen aanwijzen.

De peuter van 18 maanden tot 4 jaar kan al veel; zitten, staan, lopen, traplopen en fietsbewegingen maken. Dit zijn allemaal vaardigheden die te maken hebben met de grove motoriek. De peuter heeft veel ruimte nodig om deze grove motoriek te ontwikkelen. De peuter leert in deze fase veel met vallen en opstaan. Zij rennen, klauteren, klimmen en spelen graag buiten. Bij Little Pumpkin is er een ruime tuin waarin onder andere een speeltoestel (klimmen en glijden) staat, waardoor de kinderen de mogelijkheid krijgen om deze vaardigheden te oefenen. Er is genoeg ruimte om te rennen maar ook het (leren) fietsen wordt goed geoefend. Er worden  spelletjes gedaan zoals gooien en vangen van de bal, rennen, hinkelen etc.

De fijne motoriek is nog minder goed ontwikkeld in deze fase maar kan wel worden geoefend (grote kralen rijgen of bouwen met blokken).

Een morele waarden is een na te streven “kwaliteit” die wij bij Little Pumpkin van belang vinden voor een goede en gelukkige samenleving. Bijvoorbeeld eerlijkheid, behulpzaamheid of betrouwbaarheid. Normen zijn gedragsregels die waarden zichtbaar maken. Door je aan normen te houden, laat je waarden zien. Zonder onderliggende waarden hebben normen in feiten geen betekenis.

Voor het overdragen van normen en waarden is het belangrijk dat wij zelf het goede voorbeeld geven. Dit geldt voor zowel gedragsregel (“je mag iemand niet uit schelden”) als voor omgangsvormen (bijvoorbeeld afscheid nemen als je weggaat).

Basis communicatie

Sensitiviteit: gevoeligheid voor het opmerken en interpreteren van signalen van het kind en responsiviteit: het afstemmen van het eigen handelen op de signalen en de mogelijkheden van het kind.

Hoe vertaalt zich dat bij Little Pumpkin:

Een leidster heeft een sensitieve en responsieve houding: goed kijken en luisteren naar de kinderen om het kind te leren kennen en aanvoelen wat het kind nodig heeft. Praten en uitleggen op het niveau van de kinderen: vertellen wat je doet en wat je ziet. Bij Little Pumpkin is Nederlands de voertaal.

Respect voor het kind en respect voor de ontwikkeling van het kind. Ieder kind ontwikkeld zich op zijn eigen unieke wijze. Het gaat er om wie het kind is en wat het kind al kan!

Wij vinden dat kinderen kleine mensen zijn. Kinderen hebben ook een autonomie. Het is belangrijk dat we hier respect voor hebben. Dat betekend dat wij het kind zullen stimuleren, maar als het kind om wat voor reden dan ook toch weigert, zal dit worden gerespecteerd. Little Pumpkin zal een kind nooit dwingen iets te doen wat hij niet wilt. Als wij iets van een kind willen zal dit worden gevraagd.

Dagritme

Rituelen zorgen er ook voor dat het gewenste gedrag aangeleerd wordt. Bij Little Pumpkin gaan de activiteiten vooraf gepaard met een ritueel. Denk bijvoorbeeld aan het opruimen met een liedje om een andere activiteit te beginnen of een boekje lezen voordat de kinderen gaan slapen.

Er is voorspelbaarheid in het dagritme, door vaste onderdelen. De eetmomenten, slaap momenten, en  speelmomenten,  lopen als een rode draad door het dagritme. Kinderen krijgen hiermee routine en automatisme wat voor duidelijkheid  en vertrouwen zorgt voor het kind en de leidsters.